'Opa Mozes gaat naar het Joods bejaardenhuis in Bussum', zei de vader van Benno toen hij 15 jaar was. 'Waarom eigenlijk naar een Joods bejaardenhuis?', vroeg Benno. En dat was het moment dat zijn familie het 'stilzwijgende contract' om niet te spreken over de Holocaust verbrak...

Opa Mozes had voor de oorlog, samen met compagnon Rodriges een zestal goedlopende slagerijen in Amsterdam. In de jaren ’30 toen de crisis zich uitbreidde, moesten zij de ene na de andere slagerij verkopen. Zijn drie dochters, Henny, Annie en Gina waren al getrouwd toen nakomertje Salomon werd geboren in 1932. Een mooi jongetje dat meteen niet één, maar vier moeders had!

Salomon werd Bob genoemd en had een goed leven totdat de oorlog uitbrak. Opa Mozes en oma Jetje hadden een dienstmeisje uit Oostenrijk, Frieda. Maar ook zij ontkomen als Joden niet aan de nazi's om te worden gedeporteerd. In 1943 in het zover. Er wordt hard aan de deur gebeld. Daar staat de SS. In vloeiend Duits overtuigt Frieda hen echter dat er niemand thuis is!

We moeten nu onderduiken, besluit opa Mozes. Toch zijn niet alle drie de dochters overtuigd. 'Ach pappa, we zijn jong en gezond en van een beetje werken is toch niemand doodgegaan', zegt zijn middelste dochter Annie. Annie en haar man worden vermoord in Sobibor, maar hun zoon, die geboren is in 1942, overleeft dankzij Frieda de oorlog.

De familie gaat van het ene onderduikadres naar het andere los van elkaar, maar in februari '45 tegen het eind van de oorlog staat de SS weer voor de deur. 'Aufmachen', er wordt op de deur gebonkt. Ze zijn verraden! Oma Jetje, Gina en haar man Syl worden gearresteerd, maar het konvooi wordt op weg naar Westerbork door de geallieerden beschoten. Zij ontkomen en duiken onder in Raalte. Opa Mozes zat in een schuilplaats. Zo overleven Benno's beide grootouders, twee tantes, zijn neef en zijn vader de oorlog.

Benno vertelt samen met zijn dwarsfluit hun verhaal over zijn Joodse familie en de impact die de Holocaust tot op de dag van vandaag op hem heeft.

Dit verhaal is mede mogelijk gemaakt door het Ministerie van OC&W, VSBfonds en het Vfonds.