Frits van der Schrieck was een Nederlandse verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij ruilde zijn onbezorgde studentenleven in voor een ongewisse toekomst. Zijn drijfveer? Mensen helpen, die om wat voor reden dan ook naar onbezet gebied wilden vluchten.

Frits studeert in 1940 Nederlands recht aan de Leidse universiteit. Hij is een vriend en studiegenoot van Erik Hazelhoff Roelfzema, Soldaat van Oranje, en helpt hem bij zijn vlucht naar Engeland. Samen zijn ze lid van de Leidse studentenvereniging Minerva. Hun jaarclub heet 'De Musketiers'. Frits is betrokken bij het eerste Leidse illegale blad 'Ik zal handhaven', een dekmantel van het ontluikende verzet. Vanaf 1938 is hij voorzitter van de Leidse afdeling van de International Friendship League.

Eind november 1940 gaan de Leidse studenten massaal in staking naar aanleiding van de landelijke maatregel om alle Joodse hoogleraren en docenten te ontslaan. Met die staking geeft Frits zijn steun aan de decaan van de rechtenfaculteit prof. mr. R. Cleveringa na zijn beroemde protestrede. De universiteit en Minerva worden hierop gesloten.

Frits is de drijvende kracht op de achtergrond en heeft een vooruitziende blik. Nog voor het grote studentenprotest van november 1940 is Frits al op de fiets om via familieleden in Frankrijk een internationale escaperoute te bekijken: de van Niftrikroute. Frits spioneert, saboteert en zorgt voor onderduikplekken tijdens de oorlog. Toch wordt ook hij opgepakt, maar weet op bijzondere wijze de verschrikkingen van zijn gevangenschap te overleven...

Subsidietraject gestart om dit verhaal te ontwikkelen.